We leven in onzekere tijden. En dat bevordert de neiging om veiligheid te zoeken in eigen kring. Grens dicht, deur dicht, kachel aan. De nieuwe Amerikaanse president sluit rigoureus de grenzen voor inwoners van zeven islamitische landen. Europa, op zijn beurt, probeert uit alle macht vluchtelingen te weren uit het Midden-Oosten en Afrika. In Nederland is de verdeeldheid groot, en op sociale media gaan discussies hard tegen hard. Ieder zijn eigen gelijk.
Het is niet voor het eerst dat de samenleving verdeeld raakt. Een eeuw geleden was dat ook het geval. Laten we bijvoorbeeld eens kijken naar Nijmegen. Eind negentiende eeuw had de stad zich eindelijk bevrijd van de knellende stadsmuren en kon Nijmegen gaan groeien. Immigranten uit het Rijk van Nijmegen, de Betuwe, de Achterhoek, Oost-Brabant, Noord-Limburg en de regio Kleef overstroomden de stad. Rond 1920 bestond Nijmegen – met zo’n 67.000 inwoners – in meerderheid uit nieuwkomers. Ze werden opgevangen in aparte organisaties per stand: fabrieksarbeiders, geschoolde arbeiders, middenstanders. En die organisaties waren weer verdeeld op basis van religie of politieke overtuiging. Het resultaat was, dat op den duur ieder binnen zijn eigen kring leefde: katholieken kochten bij katholieken, lazen katholieke kranten en waren lid van katholieke verenigingen. Ook protestanten, joden, socialisten en liberalen leefden in hun eigen wereld, zoveel mogelijk afgescheiden van de rest. Dat was niet alleen in Nijmegen zo; Nederland was in de eerste helft van de twintigste eeuw een verzuild land. Pas in de jaren zestig kon het zich van de knellende banden van die verzuiling bevrijden.
De geschiedenis is geen receptenboek. Maar we kunnen er wel wat van leren. Bijvoorbeeld dat we, door de wereld in te delen in ‘wij’ en ‘zij’, niet alleen anderen buitensluiten, maar ook onszelf binnensluiten. Dat werkt op den duur verstikkend. Dus misschien toch de deuren en grenzen maar liever een stukje openhouden.