Gelderland is een heel gemiddelde provincie. Althans, wanneer we afgaan op de recente verkiezingsuitslagen. Bijna alle Gelderse gemeenten volgen het landelijk patroon met de VVD als meest gekozen partij. Apeldoorn weerspiegelt zelfs vrijwel één op één de landelijke uitslag. Er zijn ook uitzonderingen. Zo domineren in Odebroek, Elburg, Nunspeet, Barneveld en Neder-Betuwe de christelijke partijen. Het zijn plaatsen die al sinds de 19e eeuw tot de Bible Belt worden gerekend. Een stemuitslag met historische wortels dus.
Protestanten overheersten in de 19e eeuw overigens niet alleen de politiek in de Bible Belt maar ook in Nijmegen. Niet omdat de bevolking hier overwegend protestants was, maar omdat er in die tijd sprake was van censuskiesrecht. Alleen wie jaarlijks een flink bedrag aan belasting betaalde, had stemrecht. In Nijmegen pakte dat zeer ongunstig uit voor de katholieke meerderheid: die was meestal te arm om stemrecht te hebben. Daardoor was de kleine protestantse bovenlaag de baas in de stad.
Tegen het eind van de eeuw veranderden de verhoudingen, deels doordat katholieken zich beter organiseerden en deels door verlaging (en uiteindelijk afschaffing) van de census. Meer en meer gingen katholieken de Nijmeegse politiek domineren. In 1923 zorgden ze er met een meerderheid van één stem voor dat de stad een katholieke universiteit kreeg. Ruim een halve eeuw later moesten ze op hun beurt hun dominante positie afstaan aan de sociaaldemocraten.
Die sociaaldemocraten hebben nu landelijk klop gekregen, en ook in Nijmegen. Toch wijkt ook deze Gelderse stad af van het gemiddelde, want hier kreeg niet de VVD maar GroenLinks de meeste stemmen, op de voet gevolgd door D66. Ongetwijfeld is er een verband tussen die uitslag en de grote groep studenten en academici binnen de Nijmeegse bevolking. En dát hebben we dan weer te danken aan die ene katholieke meerderheidsstem uit 1923. Politiek blijft een wonderlijke zaak.